Aanwezig

Jos Tordoor, voorzitter

Nele Geudens, burgemeester

Jan Melis, Walter Verbraeken, Brigitte Peremans, Roger Verheyen, schepenen

Wim Nysmans, Luc Lievens, Fons Hannes, Mannu Dox (bijgestaan door vertrouwenspersoon overeenkomstig art.18 Gemeentedecreet), Cris Rutten, Heidi Suls, François Tielemans, Jo Laenen, Griet Convens, Rony Schuer, Joris Janssens, Frans Van Meensel, Peter Van den Broeck, Toon Hendrickx, raadsleden

Linda Degeest, vertrouwenspersoon van Mannu Dox

Flor Boven, algemeen directeur

 

Verontschuldigd

Paul Van Dooren, raadslid

 

FEITEN EN CONTEXT

Cameratoezicht kan een heel nuttig hulpmiddel vormen voor de objectieve waarneming van overlastproblemen, de preventieve aanpak ervan en het kader van gerichte handhaving. Tevens is het een nuttig hulpmiddel voor gerichte en efficiënte politie-inzet. Voor het mogen gebruiken van (tijdelijke) vaste bewakingscamera’s op een niet-besloten plaats dient de gemeenteraad daartoe advies te verlenen.

 

JURIDISCHE GRONDSLAG

        gemeentedecreet van 15 juli 2005 (decreet lokaal bestuur met ingang van 1 januari 2019)

        wet van 21 maart 2007 tot regeling van de plaatsing en het gebruik van bewakingscamera’s, gewijzigd door de wet van 21 maart 2018, art. 5, § 2 (vaste bewakingscamera) art. 5, § 2/1 (tijdelijke vaste bewakingscamera)

        wet op het politieambt van 5 augustus 1992 tot regeling van de plaatsing en het gebruik van bewakingscamera’s door politiediensten, gewijzigd door de wet van 21 maart 2018, art. 25, zichtbaar gebruik van camera's

        Europees Verdrag ter bescherming van de Rechten van de Mens en fundamentele vrijheden

        verord. (EU) nr. 2016/679, 27 april 2016 betreffende de bescherming van natuurlijke personen in verband met de verwerking van persoonsgegevens en betreffende het vrije verkeer van die gegevens en tot intrekking van Richtlijn 95/46/EG, hierna afgekort tot 'AVG'

        koninklijk besluit van 8 mei 2018 betreffende de aangiften van de plaatsing en het gebruik van bewakingscamera's en betreffende het register van de beeldverwerkingsactiviteiten (aanmelding bestaande en nieuwe bewakingscamera’s via www.aangiftecamera.be)

        koninklijk besluit van 28 mei 2018 tot wijziging van het koninklijk besluit van 10 februari 2008 tot vaststelling van de wijze waarop wordt aangegeven dat er camerabewaking plaatsvindt indien plaatsing van camera’s onder (gezamenlijke) verantwoordelijkheid gemeente en politie – gegevens van gemeenten en logo van politie)

        wet van 30 juli 2018 betreffende de bescherming van natuurlijke personen met betrekking tot de verwerking van persoonsgegevens; de bestaande wetten, koninklijke besluiten en elke andere reglementering die verwijzen naar de wet van 8 december 1992 tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer ten opzichte van de verwerking van persoonsgegevens, worden geacht te verwijzen naar deze nieuwe wet van 30 juli 2018

        koninklijk besluit van 22 mei 2019 tot vaststelling van de wijze waarop het gebruik van vaste en tijdelijk vaste camera's door de politiediensten wordt aangegeven (indien plaatsing van camera’s onder (gezamenlijke) verantwoordelijkheid politie)

        voorbereidend dossier van de verwerkingsverantwoordelijke van datum, opgesteld conform de bepalingen van de Ministeriële Omzendbrief betreffende de wet van 21 maart 2007 tot regeling van de plaatsing en het gebruik van bewakingscamera's, art. 2.1 (deze omzendbrief wordt niet opgeheven na de wetswijzigingen van 2018); bij dit voorbereidend dossier wordt tevens een gegevensbeschermingseffectbeoordeling gevoegd (in uitvoering van art. 35.3.c AVG).

        positief advies van de korpschef van de lokale politiezone Geel-Laakdal-Meerhout van 12 december 2022.

 

ARGUMENTATIE

Cameratoezicht kan een nuttig hulpmiddel vormen voor de objectieve waarneming van overlastproblemen, de preventieve aanpak ervan en in het kader van gerichte handhaving.

Cameratoezicht is een nuttig hulpmiddel voor de gerichte en efficiënte politie-inzet.

De invoering van (tijdelijke) vaste bewakingscamera’s op een niet-besloten plaats moet voor advies voorgelegd aan de gemeenteraad.

De gemeenteraad moet daarbij de korpschef van lokale politie raadplegen teneinde een veiligheidsadvies te verkrijge.

Er dient rekening te worden gehouden met de aanbevelingen omtrent de bescherming van de privacy en de persoonlijke levenssfeer met betrekking tot cameratoezicht op de openbare weg.

De nodige waarschuwingen moeten worden aangebracht opdat de burger geïnformeerd is over het cameratoezicht op de plaatsen die hij betreedt.

 

FINANCIËLE GEVOLGEN

Geen financiële gevolgen voor de gemeente.

 

Met algemeenheid van stemmen

Stemming over artikel 1

 

Met algemeenheid van stemmen

Stemming over artikel 2

 

Met algemeenheid van stemmen

Stemming over artikel 3

 

Met algemeenheid van stemmen

Stemming over artikel 4

 

Besluit

De gemeenteraad

Artikel 1

Adviseert positief over de plaatsing en het gebruik van (tijdelijke) vaste bewakingscamera’s op niet-besloten plaatsen.

Artikel 2

Keurt het bijgevoegde reglement cameratoezicht goed.

Artikel 3

Keurt goed dat dit advies ter kennis wordt gebracht aan de verwerkingsverantwoordelijke die instaat voor de aanmelding van de bewakingscamera’s bij de politiediensten en, daar waar wettelijk benodigd, de plaatsing van de bij wet vereiste pictogrammen en het bij wet voorziene register van de beeldverwerkingsactiviteiten.

Artikel 4

Neemt er kennis van dat dit besluit bekend wordt gemaakt overeenkomstig de bepalingen van het decreet lokaal bestuur.